Bres BEGRIP
Het laatste sinds 1992 verschenen
standaard Nederlands woordenboek “De Dikke Van Dale” (ik schrijf dit februari
2017) bevat 1000 nieuwe woorden; 18000 woorden zijn geschrapt. Sinds 1864, toen
de eerste Dikke Van Dale verscheen, zijn nu in totaal 5488 woorden er uit verdwenen.
Hoeveel spreekwoorden, gezegden en uitdrukkingen er zijn afgehaald en bijgekomen,
kon ik niet zo gauw op internet vinden, maar op mijn leeftijd van 92 jaar
(sinds 29-1-2017) meen ik al te ervaren dat de taal en stijl die ik probeer te
hanteren door sommigen niet worden begrepen. Er zijn ook wat nieuwe taalregels
waarmee ik rekening moet houden; verder doe ik wat nieuw is, op uit de kranten,
zoals de meeste schrijvers doen.
Voor het uitgeven van mijn
boek “Van Huis en Haard verdreven” (zie www.pietschreuder.blogspot.comH\evacueren)
kreeg ik aanbiedingen van beroepscorrectoren die bij een bond van correctoren
waren aangesloten. Die moeten natuurlijk bijblijven. Ik benijd ze niet. De
woorden burn-out, stress, populisme, extreem, die misschien al eerder bestonden,
maar niet werden gebezigd, gebruik ik nu ook af en toe, hoewel ik alle leenwoorden,
vooral de Engelse, tracht te vermijden of te omzeilen, omdat er genoeg gelijkwaardige
(equivalente…) Nederlandse woorden voorhandig zijn. Bovendien wil ik, wat ik
schriftelijk aan iedereen kwijt wil, voor iedereen gemakkelijk te begrijpen
zijn.
Er bestaat bij mij soms de
drang om kwaliteit en hoeveelheid om te zetten in cijfers en getallen. Zo tel
ik dan het aantal bezoekers van een bijeenkomst en de hoeveelheid donker gekleurden
en blanken apart. Niet om het al of niet aanwezige verstandsvermogen
(intelligentie…) bij elke groep te schatten, maar om de oorzaak van de uitbreiding
of afslanking van het aantal deelnemers vast te stellen. Dito het verschil
tussen het aantal mannen en vrouwen, evenals de deelname van elke groep aan de bespreking,
lessen genoemd, voorafgaand aan de prediking (bij sommige gemeenten na de
preek).
Conclusie:
Mocht er van uitbreiding
deelnemers aan de bijeenkomst sprake zijn, dan dankt de gemeenschap dat aan de donkerder
medemens al of niet afkomstig van een huidige of voormalige kolonie, inclusief
de blanken uit die of andere landen. Ik lees artikelen, waarin wordt aangetoond
dat die toenemende gemengde populatie (bevolking) problemen met zich meebrengt.
Niet alleen brengen de zogenoemde “instromers” (weer zo’n nieuw woord) problemen
met zich mee, door hun andere gewoonten (tradities), maar door de misverstanden,
omdat zij elkaar soms niet begrijpen. Wat je ruim 60 jaar geleden bij de binnenkomende
Molukkers zag, zie je opnieuw: nieuwe medemensen voelen zich minder dan de oorspronkelijke
bevolking en doen wat verlegen, al wil je niet discrimineren (achter stellen). Bij
de in Nederland geboren kinderen is dat wat minder merkbaar. Zij proberen zelfs
al stoer te doen door uitdrukkelijk te tonen dat zij heus niet achterlijk zijn.
Zij blijven toch bij de mensen met gelijke “roots” steun en meer begrip te zoeken.
Zo hebben wij in de bijeenkomst waaraan ik deelnemer ben, behalve de Nederlands
sprekende groep, een Spaans- en Engels sprekende groep. Twijfel heerst of in
dat opzicht de integratie (opname in de oorspronkelijke Nederlandse groep) niet
te lang duurt. Ouderen hebben daarmee meer moeite dan jongeren.
Ikzelf vraag me ook vaak af welke
de aanduiding ik moet gebruiken: zwart, bruin of gekleurd om niet
discriminerend (laatdunkend) te klinken. Voorstellen om als aanduiding van een
buitenlandse instromer te gebruiken “Surinaamse Nederlander” e.d. hoor ik nog
niet veel bezigen. Het meest wordt door henzelf de aanduiding “zwart” gebruikt.
Toen ik een “zwarte” aan iemand voorstelde als van Surinaamse afkomst,
corrigeerde hij mij zachtmoedig, dat hij in Rotterdam was geboren en dus net zo’n
Nederlander was als ik.
Nu las ik dat de ook nog
zoiets bestaat als “mentale lexicon”. Dat is het begrip van een woord, dat je
aan een woord geeft wat je tijdens een bepaalde gebeurtenis hoort gebruiken.
Denk aan “schokkend, scheldend, vlijend, complimenteus, enz.). Oorzaken voor
ruzie, onbegrip of juist verbroedering ten overvloede.
O ja: mijn vader komt uit Groningen
en mijn moeder uit Friesland. Het “hoge noorden” van Nederland. Ik ben geboren
in Arnhem. Klinkt fris hè. Ik ben een bewonderaar van alle rassen en volken en
kan mijn ogen nauwelijks afhouden van hun vaak regelmatiger mooie
gelaatstrekken of vorm van hoofd. Helaas voor mij: ze zijn meestal nog intelligenter
dan ik. Ook hun kinderen lijken met een mobieltje aan hun oren geboren en begrijpen
alle in- en outs van de iPhone en tablet
Maar ik ben dan ook geboren in 1925…. Ik blijf mijn best doen en werk eraan om een beetje bij te blijven.
Maar ik ben dan ook geboren in 1925…. Ik blijf mijn best doen en werk eraan om een beetje bij te blijven.
Nou begon ik deze blog te schrijven
met de gedachte hoe zelfs één taal binnen 100 jaar veranderde, en wilde ik jou
vragen hoe de Bijbel in 3000 jaar (!) telkens zó in vele talen vertaald kon worden, dat de oorspronkelijke gedachten
daarin behouden bleven. Vergeet even het woord “interpretatie” (uitlegkunde).