donderdag 16 juli 2020

VEELSCHRIJVERS


Bresje             VEELSCHRIJVERS
Ik verdien respect. Had juist de Bijbel van begin tot eind gelezen, ontving ik Reinder Bruinsma’s dertigste boek, getiteld “Ik heb een toekomst”. Een paar dagen daarna viel Maarten ’t Hart's “Een vlucht regenwulpen” in de bus. De laatste louter uit nieuwsgierigheid omdat hij tegen de honderd boeken had geschreven die verdeelde recensies ontvingen. De hier genoemde werd tot de grond afgebrand, terwijl op de achterzijde het boek aanbevolen werd als het meest ontroerende.
De titel werd ontleend aan de opmerking bij het sterven van zijn moeder, wat hij in één zin vermelde met dat tegelijk een nooit eerder door hem gezien vlucht regenwulpen over vloog. Achter in het boek werden die regenwulpen zonder enig verband met het vorige nog eens genoemd. Dat het een onsamenhangend verhaal is, mag blijkbaar geen belemmering voor de verkoop uitmaken, want het boek haalde een oplage van één miljoen.
Zou de reden daarvan zijn dat hij terloops schreef dat hij de jongste professor in de biografie was ooit en daardoor een grote schare relaties had? In een interview op de t.v. verklaarde hij zich asociaal omdat hij na het ontbijt direct de hele dag in zijn tuinhuisje verdween en daar met schrijven artrose opliep. Hij las, schreef en leerde heel makkelijk en snel, zo vertelde hij. Zijn salaris dat hij bij zijn colleges ontving, vond hij belachelijk hoog.
Over het feit dat hij nooit een literatuurprijs kreeg en Astrid Roemer wel, klaagde hij dat dat mens niet eens schrijven kon.

Deze indruk van zichzelf en door anderen, leek hem echter net zomin te deren als zijn Belgische mede veelschrijver Herman Brusselmans, die maar liefst meer dan honderd boeken schreef. Ook hij werd scherp bekritiseerd, maar verklaarde tot zijn laatste snik te blijven schrijven. Een leuke opmerking van hem was: “Als je in België een stad verlaat omdat hij je niet aanstaat, dan kan je wel aan het lopen blijven”. Ik vind dat ook van toepassing bij het verlaten van een christelijke gemeenschap of politieke partij. Want ze bestaan de laatste veertig jaar bijna allemaal uit families: kinderen van kinderen van de oorspronkelijke leden die "de waarheid" hadden gevonden.

De vraag blijft of de uitgevers de boeken van beide schrijvers (en meer schrijvers) blijven uitgeven omdat ze erin slaagden op één of andere manier bekend te worden.
Ik ben door één boek voor mijn omgeving wat bekend, maar dat is niet aan de verkoop te zien.
Ik droom ook niet dat ik een schrijver als J.D.Salinger word, die met zijn enige boek “The catcher in the rye” (De vanger in het koren") de wereld schokte, wereldberoemd werd en in bijna alle talen verscheen. Zie mijn blog daarover.
Maar zo je ziet: ik blijf schrijven.