dinsdag 14 april 2020

De maanden 2019



De laatste tijd, vóór de wisseling naar zomertijd 30 maart 2020-03-31, stond ik ’s morgens tussen 7.30 en 8 uur op, mede door de aandrang van katje Miepsie, die al om 6 uur zijn natte neus op de mijne duwde als teken dat het slapen nu toch wel voldoende was. Ik volg echter de tv-programma’s De Wereld Draait Door van Matthijs van Nieuwkerk van 7-8 uur op kanaal 1 en die van Pauw of Jinek van 11 tot 12 uur. Op kanaal 4 is er één van RTL; ook de moeite waard. Dus dat wordt heen en weer zappen. Dat maakt ook dat ik na een paar teksten lezen en gebed vaak pas om 1 uur -1.30 uur op bed lig.
Om tijd te winnen sla ik mijn ochtendwandelingetje van 20 minuten over en helaas soms ook de middagwandeling, waardoor ik toch etenslust en slaap ontbeer. Na elke maaltijd, vooral warm eten, suf ik éven op de bank en krijg ik aardige gedachten om op mijn website te zetten. Echter kijk ik eerst even in mijn inbox of er brieven zijn te beantwoorden. Dit in de vurige hoop dat die mooie gedachten nog in mij geheugen staan…. Ik ben geen Maarten ’t Hart of Herman Brusselmans, die elk ruim 80-100 boeken en artikelen schrijven en zich daarvoor heel asociaal (zeggen ze zelf) afzonderen. Gevolg:  broze botten en artrose. Maar ze beweren tot hun laatste snik te blijven schrijven.

In mijn vorige blog repte ik over de maanden 2020 die, naar mij leek, elk genoemde gesprekstafel ruim voldoende stof opleverden. Ik merk achteraf dat ook de laatste maanden 2019 aparte onderwerpen werden behandeld. Zo waren er de maanden ‘depressies, verwarden, psychoten, hittegolven, overstromingen, fijnstof, elk als reactie op krantenberichten. Die verschenen weer als gevolg van een reportage in één van de media. Je mag toch niet achterblijven….
Het meeste raakte mij de mededeling van de voorzitter van de huisartsenvereniging, die zei dat de meeste behandelingen van patiënten bestaan uit “geruststellen”. Ik had bij mijzelf en anderen al eens voorzichtig het gezegde ervaren: “Als de dokter verschijnt, de ziekte verdwijnt”.
Meer nog herinner ik mij het tweegesprek tussen Matthijs en neuropsycholoog Professor Scherder, die verklaarden elk een autistisch kind te hebben. Die van Scherder sprak pas op zijn zevende jaar zijn eerste woordje…. Je kijkt soms op tegen begaafden, zoals ik beiden beschouw, alsof hun leven volmaakt is en een voorbeeld is voor hun hoorders. Als ze beiden ook nog verklaren angststoornissen te hebben, ben je toch wel verrast en misschien een beetje gerustgesteld. Jij met je kleine of grote geestelijke handicaps bent niet de enige die ze hebben. Beide mannen hadden niet alleen vliegangst, maar durfden ook niet de snelweg op en de vrolijke Professor Erik Scherder vermoedde bij elk steekje in zijn hoofd een tumor.
Is dat ook zo het geval bij geestelijke verzorgers als predikanten? Je durft daar immers niet zo openhartig over te zijn? Waar blijft dan de wet op de privacy? Ik ontkom niet aan de gedachte dat Matthijs en Erik opeens beseften dat ze hun kijkers en hoorders weleens angst konden hebben bezorgd met hun presentaties in DWDD. Erik trad dan altijd op met een voorbeeld van de hersenen in zijn hand en verklaarde dat het bestond uit vele vlakjes (cellen) met elk een aparte eigenschap als geheugen, medeleven en medelijden, rekenkunde, hulpvaardigheid, enz. enz. Bij de ene persoon verschilde de kwaliteit van elk vlakje van de ander. Het denken bestond uit het onbewust en bewust contact maken tussen die vlakjes, alles het karakter vormende van de mens en zijn ontwikkeling.
Ik mis beide mannen op het scherm, alsmede Professor Robbert Dijkgraaf, die in dat programma als hoofd van de belangrijkste universiteit van natuurkunde ook altijd vrolijk zijn presentaties gaf, soms zelfs met andere specialisten op dat gebied.