Had ik in januari de trubbels met mijn verplaatsing
per fiets met de nodige depressie waarvan ik de familie en de Adventgmeente deelgenoten
maakte, komt er in februari een berichtje
aangeslopen over een griepje in China dat nogal slachtoffers eiste. Nou ja:
China is een kolossaal land in oppervlakte en een aantal inwoners dat één op de
zeven wereldbewoners telt. Daar gebeurt altijd wat. Is het niet dat ze daar
honden eten, dan is het de economie met zijn dictatuur die een bedreiging voor
de wereldvrede vormt.
En de media dankt haar
bestaan aan het rapporteren van slecht nieuws en ieder mens heeft wel een
beetje behoefte aan sensatie. Geen nieuws is goed nieuws, zo wordt gezegd. Maar
het griepje in China bleek toch wel erg besmettelijk. En in maart kreeg je het gegooi in de glazen:
het jaarlijkse griepje, dat ieder land treft, bleek een pandemie, dat zich dus
razensnel moordzuchtig over de hele wereld verspreidde. In april werd het dagelijks nieuws met ernstige waarschuwingen door de
autoriteiten, die in toenemende mate de bewoners gingen voorlichten over de mogelijkheden
de besmetting te vermijden. De pest, de cholera en de meest recente Spaanse
griep van honderd jaar geleden, werden erbij gehaald. Eerst nooit veel van virologen gehoord, nu werden
die deskundigen bij nieuwsberichten en praatprogramma’s aan het woord gelaten. Er
werd naast handen wassen, afstand bewaren, vooral thuisblijven, zich in quarantaine
(afzondering) te plaatsen geboden. Was het voorheen het gezegde dat Nederland
zeventienmiljioen coaches en scheidsrechters telde, nu werd dat aantal op
Corona toegepast. Geen wonder, zelfs virologen spraken elkaar vak tegen.
Tenslotte bleven er twee
mogelijkheden de boventoon voeren: de vermelde quarantaine en de gecontroleerde
beheersing, welke laatste voldoende weerstand in onze lichamen zou oproepen en
als elke griep de virus machteloos maken omdat het geen slachtoffers meer zou kunnen
vinden.
Hoe héb ik het lef de huidige
wereldtoestand te vergelijken met de algehele toestand waarin de wereld zich
zich sinds de profane en Bijbelse geschiedenis zich bevindt. De geschatte drieduizend
christelijke groeperingen beriepen zich op de profetieën, vooral die in Daniël
en Openbaring als vervulling van de voorspellingen van de gebeurtenissen die vlak voor de komst
van Christus zouden zouden plaatsvinden, op dit moment in vervulling vinden,
vergetende dat die profetieën gegeven werden in de tijd vlak na het bestaan en
zelfs tijdens hun bestaan van die profeten vervuld werden, en elke generatie
dacht dat zulks in hun tijd zouden plaatsvinden.
QUARANTAINE
Maar is het werkelijk zo
gek deze toestand te vergelijken met het algehele gebeuren wat er volgens de
Bijbel (Gods Woord voor de mensen) plaats vindt? Teksten, zelfs hele verhalen,
zonder ze zelfs als metaforen of symbolen te benoemen, zijn zo veelvuldig en
duidelijk, dat een lezer daaraan met maar een half woord genoeg heeft. God
heeft geen begin en einde; dus heeft het heelal dat ook niet. God moet toch ergens
wonen? De Satan (Lucifer-Lichtdrager-Voorlichter van God Jahweh) werd als een
bliksem op de aarde gegooid wegens zijn meningsverschil met onze schepper Jahweh
die het heelal bestuurt. Satan was in principe dus al veroordeeld. God maakte
deze planeet, die eerst was overdekt door een vloed, bewoonbaar voor mensen. Op
een voor die mensen begrijpelijke wijze werd Gods tegenstander de gelegenheid
gegund de mensheid te besturen volgens zijn van God afwijkende regels.
Satan ging rond als een
briesende leeuw, zoekende wie hij kon verslinden, oftewel mensen trachten te
beïnvloeden zijn nieuwe regels na te volgen.
Wij weten allen wat
daarvan het gevolg was, is en zal zijn. Tenslotte zal God zijn geest over alle
mensen uitgieten, zodat hun ogen open gaan en zullen erkennen dat er maar één
God Jahweh is. (Er is geen andere, zo staat er). De taak van de heilige geest
van Jahweh is altijd geweest: hij zal u overtuigen van wat kwaad is. Dat erkennen
is voor God als rechter voldoende om het kwaad te veroordelen en uit te bannen.
Het zal nooit meer “gedacht worden”” (zijn kop opteken).
God heeft en zal voorzien
de mensheid van begin tot eind te redden door zijn rechterhand (uitvoerend bestuurder)
naar aarde te zenden en te transformeren als mens, die door de heilige geest in
staat was de verleidingen van Satan te weerstaan, wat tenslotte het eindoordeel
was. God schept een nieuwe aarde (planeet) en hemel (dampkring) waar
gerechtigheid heerst en geen dood, noch rouw en wat voor ellende ook, meer zal
zijn.
Daarvoor was de huidige
aarde in quarantaine geplaatst, zoals momenteel de mensen in quarantaine zijn
geplaatst om het kwaad van het virus Corona uit te roeien. De lichamen kregen
weerstandsvermogen. Zo ging het met alle eerdere virussen en zo zal het
volgende en laatste grote virus worden verslaan.