dinsdag 5 juni 2018

Terugblik 2 (0-6 jaar)


Er is in deze website een blogje “Terugblik 1” opgenomen. Dat is een zelfbeschouwing, zo je wilt: een aanzet tot autobiografie. Ik las niet alleen biografieën, maar ook enkele autobiografieën, zoals die van Gandhi. Het is een hachelijke zaak je “levensverhaal” publiekelijk weer te geven. Het is niet een dagboek, maar je gevoelens en gedachten herinneren en beschouwen, en erger: te laten beschouwen kan kritiek oproepen. Wat is het nut en onnut? Mensen aan jouw leven te laten toetsen? Heb ik de neiging mijn karakter en mijn daden, die ik in het verleden deed, zo mooi mogelijk weer te geven en de minder mooie achterwege te laten?
Toch wil ik graag, in elk geval mijn kinderen, na mijn dood een beeld van hun vader achter laten. Vele mensen zijn immers belangstellend naar wie hun voorouders waren en wat ze deden? Mijn overbuurman Dorrenstein was voorzitter van de Algemene Slagersbond. Het was in de tijd dat er “zuilen” waren, wat wil zeggen dat er ook Christelijke en Katholieke slagersbonden bestonden, zoals ook scholen en voetbalverenigingen werden ingedeeld. Mijn kleine stencilinrichting annex drukkerijtje bestond ervan. De bestuursleden die mij opdrachten kwamen geven voor het maken van folders, rondzendbrieven en brochures,  waren allemaal even vriendelijk en bezochten me zelfs thuis op.
De neef van de overbuurman kwam af en toe bij hem op visite. Mijn overbuurman kwam af en toe bij mij aanlopen om verslag van zijn belevenissen uit te brengen. Die neef was de van televisie bekende “misantroop” Hans Dorrenstein. Die had zijn oom toevertrouwd dat hij ook eens onderzoek deed naar zijn voorvaderen. Maar toen hij daarin een grote schurk tegenkwam, was hij daarmee dadelijk opgehouden.

Mens en muziek
Ik was en ben nog vaak overdonderd door de taal van bepaalde muziek. Wat moesten dat ontzettend hoogstaande en wonderlijk begaafde mensen zijn geweest, die hun gevoel zó in muziek konden uitdrukken. Ze brachten, menselijk gesproken, hemelse muziek voort. En dan te lezen dat Verdi, Liszt, Paganini en meerderen door mij bewonderden, het tegendeel van het verwachte voorbeeldige leven hadden geleid. Wat een teleurstelling. Dan nog beter te vernemen en je te verbazen over het feit dat de schepper van het door velen ervaren mooiste muziekstuk, Beethoven, zijn negende symfonie, nooit door hem zelf beluisterd kon worden omdat hij vóór de eerste uitvoering doof werd.
Dus, nu ik nog ‘ter tale’ ben, bekruipt mij af en toe het gevoel om voor mijzelf, mijn kinderen, andere familieleden, vrienden en kennissen, mijn gebeurtenissen op te schrijven om te bespeuren of mijn tijdelijke leven hier al of niet te herinneren waard was.

Nieuwe periode
De blog Terugblik 1 (van mijn jaar 0 tot 6) eindigde met het ‘tragische’ afscheid van de aan mij ontrouwe juffrouw Wundering ten bate van die nooit door mij geziene speel-goedfabrikant.
Mijn hoge leeftijd stelt mij in staat mijn leven in perioden in te delen, hoewel ik wat datums betreft een minkukel ben. Het enige wat ik op dat gebied kan voorstellen was de verhuizing van de Vogelwijk naar Plattenburg. Nee, daarmee kan ik toch niet beginnen zonder me een paar zaken te memoreren uit die eerste periode die zich in mijn geboortehuis voordeden. Dat moet, omdat het nogal heftige waren en mij bleven vergezellen in de volgende perioden.
Het eerste was de tijd voor het slapen gaan. Om zeven uur bracht mijn moeder me naar boven in bed en stopte mij lekker warm in. Ik hoorde daarna hun gesprekken, die ze samen of met visite voerden. Achteraf gezien een vreemde gewaarwording dat ik de woorden hoorde, maar niet wist wat ze betekenden. Dat was zo erg nog niet. Veel en veel ingrijpender was het gevoel wat me gauw overviel. Ik werd bang, doodsbang. Ik begon zo hard als ik kon te schreeuwen: “Mammie! Mammie! Mammie!”, net zolang totdat ze de trap op naar me toe kwam. Hoewel ze al bekend was met mijn angst, vroeg ze toch: “Pietje, wat is er?” Bijna huilend zei ik: “Mammie, ik ben zo bang voor de dood”. Tja, wat moest ze anders antwoorden dan: “Pietje, je gaat nog lang niet dood”.
Het antwoord was natuurlijk niet afdoende, maar toch voldoende om na een zoveelste knuffel de slaap te kunnen vatten. Dat ik dit beleven in Terugblik 2 nog vertel komt omdat het mij nog steeds enigermate vergezelt. Weliswaar ben ik op dat gebied nuchterder geworden, maar ik neem nog steeds geen genoegen met de wetenschap, dat ik hier tijdelijk ben, hoezeer ik dat gevoel ook met de christelijke beloften tracht te bestrijden.

De leegheid van het bestaan
Nog steeds vóór mijn achtste jaar en vóór de verhuizing naar Plattenburg had ik op regenachtige dagen dat ik thuis zat, af en toe de akelige klacht: “Mammie, ik weet niet wat ik doen moet. Ik verveel me zo”. Zij stelde me voor: ”Ga dan tekenen in je schetsboek” . “Heb ik geen zin in”, was mijn antwoord. En zo ging het met alle suggesties om mij ergens prettig mee bezig te houden. Ik kan mij voorstellen dat wie dit leest denkt: "wat een verwend jochie. Zou je hem niet achter het behang plakken!? Zet hem toch aan het boontjes afhalen, de was opvouwen of welke nuttige bezigheid ook, al of niet prettig". Ik durf te wedden dat mijn ouders, ook al waren zij de beste psychologen ter wereld, er geen raad mee wisten. Ik had dat nutteloze gevoel van geen van beiden.
Ik heb eens geprobeerd te breien. Maar de pannenlapjes die ik voortbracht bezaten zoveel gaten dat mijn moeder zich de vingers brandde. Een ervaring meer van mijn echt ongewilde onhandigheid. En ik kan u tot op heden nog verzekeren dat ik echt onhandig ben, hoezeer ik die gedachte of kwaal ook bestrijd.

Verward
Je hoort de laatste tijd veel over mensen die een moment, of chronisch, verward zijn. Zij kunnen dan opeens een vreemd of zelfs levensgevaarlijk gedrag vertonen. Het is voer voor psychologen en psychiaters. De wereld wordt er niet veiliger op. De bijbellezer die hiervan kennis neemt kan mogelijk het gedrag van een persoon in de Bijbel met andere ogen zien. Hij stelt vast dat het verschijnsel van alle tijden is. Er zijn voortdurend meer mensen op aarde gekomen en daarmee meer mensen (en dieren) met meer lichamelijke en geestelijke kwalen. Door de techniek is de berichtgeving over situaties in andere delen van de wereld dezelfde dag al overal bekend, zodat gevoelens van gevaren en onveiligheid steeds dichterbij komen.

Trauma’s
Soldaten keren van zogenaamde “vredesmissies” van de andere zijde van de wereld terug en een aantal van hen zijn door hun ervaringen geestelijk zieken en ongeschikt geworden voor een normaal sociaal leven.

Aanpraten 
Dit alles en meer kan aanleiding geven tot zelfonderzoek. Iemand kan zich afvragen of hijzelf ook verward is en de zaken niet meer juist ziet. Hij verkeert in onzekerheid. Je praat het jezelf aan of laat het je door een ander aanpraten. Gelukkig is er een mechanisme in de geest, dat na korte of langere tijd de  meest deprimerende ervaringen uit het geheugen wist, of als minder deprimerend doet ervaren. Maar er zijn helaas mensen bij wie ze nooit verdwijnen. Ze moeten begeleid worden. Naar gelang de ernst thuis of in een inrichting. De vraag om vrijwillige of professionele zorgverleners als mantelzorgers wordt steeds groter. Welk een invloed dat op de samenleving heeft met het steeds ouder worden van mensen met kwalen als dementie, laat zich raden. Als ik dus op mijn 93-jarige leeftijd (ik ben van 29-1-25) een autobiografie schrijf opdat mijn kinderen na mijn dood een vollediger beeld van mij krijgen, zullen zij e.a. met al deze zaken rekening moeten houden. Maar ikzelf bij het schrijven des temeer. Daarom is deze blog slechts een ‘voorwoord’ van de volgende, waarin ik probeer mijn gevoelens, gedachten en daden na mijn vierde klas Lager School te beschrijven.

Er komt nog een "Terugblik 3". Dat gaat over de periode vanaf mijn zesde jaar.